Rijkswaterstaat staat voor een grote, zo niet onmogelijke opdracht, waarbij ze Nederland moet voorbereiden op een grillige toekomst. In aanloop naar 2050 richt de organisatie zich op vijf aandachtsgebieden: klimaatadaptatie, digitalisering, mobiliteit, een duurzame leefomgeving en de vervanging en renovatie van bruggen, tunnels en andere assets. De ambities voor 2030 gelden als tussenstap voor de nieuwe wereld in 2050. Dat vraagt om keuzes.
Nederland op de schop
“Heel Nederland gaat op de schop,” zegt Yvette Entius. De bruggen en tunnels die vorige eeuw tijdens de wederopbouw zijn gemaakt, zijn nu aan vervanging toe. Rijkswaterstaat staat voor ‘de grootste verbouwing uit de geschiedenis.’ Bij zo’n opgave is het volgens Entius heel belangrijk dat je weet wat de impact van een innovatie gaat zijn, hoe helpt die? “Wordt het goedkoper of juist CO2-neutraal? Gaat de dienstverlening verbeteren of gaat de productie sneller? Dat zijn allemaal redenen om te kiezen voor innovatie.”
Innovatie in alle haarvaten
Zeker 100 mensen van Rijkswaterstaat houden zich bezig met innovatie, schat Entius in. Als innovatiemanager richt ze zich op innovatieprocessen, zodat de werken van Rijkswaterstaat continu vernieuwd kunnen worden. Vernieuwingen zijn wijdverbreid. In het team is nu iemand bezig met een onderzoek naar duurzaam asfalt; door op lage temperaturen te produceren komt er minder energie vrij dan in het huidige productieproces. Maar er wordt ook onderzocht of er een fietsroute kan komen van de Dom naar de Dam, oftewel van Utrecht naar Amsterdam. Tegelijkertijd wordt gekeken of wegen water kunnen opvangen bij extreme regenval. Kortom, Rijkswaterstaat is op veel verschillende terreinen bezig met innovatie.
Samen sterk
Daarbij zoekt Rijkswaterstaat naar andere manieren van samenwerken met nieuwe partners, zogenoemde sociale innovatie. Zo heeft ze nu een samenwerkingsverband met de Design Academy in Eindhoven, met mensen die creatief denken. Samen met andere innoverende partners, met universiteiten en bedrijven bestiert Rijkswaterstaat een innovatiehub, een opgekochte boerderij die het aanvankelijk moest ontgelden door een wegverbreding, maar het stikstofplafond stak daar een stokje voor. Op die boerderij zoekt Rijkswaterstaat met haar partners nu naar manieren om zelf vezelgewassen te verbouwen, zodat ze in de toekomst geen materialen uit het buitenland meer nodig hebben voor hun bruggen of tunnels.
Kennis van buiten
Vanzelfsprekend onderhoudt Rijkswaterstaat contact met buurlanden. “De weg houdt niet op bij de grens,” zegt Entius, noch de rivier of Noordzee. Naast samenwerkingen met de omringende landen, leert de organisatie veel van Amerika. Nu droogte een steeds grotere uitdaging wordt, zoekt Rijkswaterstaat ook naar landen die daar ervaring mee hebben en Nederland kunnen helpen. Andersom komen mensen uit het buitenland in Nederland kijken hoe we onszelf veilig houden met een stijgende zeespiegel. Zo helpen landen elkaar verder. Maar ook de ‘gewone’ automobilisten of de mensen op het water kunnen suggesties voor innovatie en verbetering online bij Rijkswaterstaat achterlaten. “Daar kan absoluut wat leuks tussen zitten,” zegt Entius, “we kijken er altijd naar.”